Note to self: Misschien dit boek van Michel Serres maar eens lezen.
Serres had al gesteld (in de jaren negentig) dat een nieuw wederzijds 'natural contract' nodig was tussen mensen en natuur. Anders gaat alles kapot. De vraag is alleen: wie onderhandelt er voor de natuur bij het opstellen van dit contract? Is 't niet altijd toch de mens (hoe geitenwollensokken-bebaard-&-behaard en eco deze ook is) die voor de natuur spreekt? (En maakt dit 'spreken voor de natuur' de eco's niet precies zo onuitstaanbaar: 'ik spreek namens de natuur!' 'Ohja, en weet je wel zeker dat de natuur het hier ook mee eens is? Volgens mij vind de natuur het helemaal niet zo fijn om behouden te worden. Lekker een beetje kapotmaken vindt het veel prettiger).
Het geestige van Serres is dat hij stelt dat de natuur wel degelijk spreekt. Hij stelt "The Earth speaks to us in terms of forces, bonds and interactions, and that's enough to make a contract." De vraag is alleen hoe begrijpen we de natuur: "What is it saying? Does it have some meaning? Who is speaking? Can we understand its warning? Will I one day be able to decipher the call from the Earth?"
Serres geeft, natuurlijk, toe dat dit vragen zijn die niet eenduidig te beantwoorden zijn - maar stelt wel dat er bepaalde groepen zijn die beter in staat zijn om te luisteren naar de manier waarop de Aarde spreekt. Zeelui, bijvoorbeeld (zoals Serres zelf was). Of landarbeiders.
Mijn stellingen: 1) dat is waarom kerkvaders, hermits, Mozes, etc naar de woestijn, de zee of de wildernis trokken: om daar te luisteren naar iets dat spreekt in een andere taal, nl die van golf, ruis, kracht, vuur, puls. (Want (en dit is stelling 1a): woestijn / zee / wildernis zijn liminale zones: net buiten de rechtsorde en (stelling 1b): daarom wordt de rechtsorde hier geponeerd; wetten worden geformuleerd.)) b) dat is waarom de taal-uit-de-woestijn niet juridisch is, maar poëtisch.
(Luister maar naar Bjork's CD biophilia (ijsland is ook een woestijn/zee/wildernis, een pre-ontologische ruimte. 't Is nog niet gevormd. De lava is wel naar boven geborreld, maar de schepping is nog niet af. Bjork: 'ik zing altijd buiten, wandelend. het is communiceren met de natuur.')
Serres schrijft (aan het einde van zijn boek):
"We know that Biogea converses. Scientific or imagined, my brief short stories have tried to make the foreignness, no doubt still unfelt, of these languages heard by building a first megaphone for Gea: seas, rivers, lands, glaciers, volcanoes, winds; then for Bio: rats, wolves and jackals - faunta, apple, trees, wisteria, oaks and lindens - flora; lastly by connecting these megaphones to our own encounters and cries."